Kan een mens Gods beeld dragen, zonder dat God het dan doet?

De vraag is eigenlijk: Geeft de Bijbel antwoord op de vraag, die ontstaan is uit het vorige artikel https://pvw.auteursblog.nl/artikel/17128,d.d.29-5-2023:

Kan een gevallen mens Gods beeld dragen, zonder dat God het dan doet?

Het antwoord is: Ja. In Mat.12:11 staat: “En Hij[Jezus] zeide tot hen[de farizeeën]: Wat mens zal er zijn onder u, die één schaap heeft, en zo datzelve op een sabbatdag in een gracht valt, die hetzelve niet zal aangrijpen en uitheffen?” Dit beeld van Gods gedrag, Jezus' gedrag dus, gebruikt Jezus om Zijn eigen gedrag te beschrijven in Mat.12:12-13, waar staat: “Hoeveel gaat nu een mens een schaap te boven? Zo is het dan op de sabbatdagen geoorloofd wel te doen.

Toen zeide Hij tot dien mens: Strek uw hand uit. En hij strekte ze uit, en zij werd hersteld, gezond gelijk de andere.” Vergelijk Luk.6:10.

En wat was het resultaat? De farizeeën, die niet wilde antwoorden volgens Mar.3:4, willen niet onderwezen worden in Gods werkwijze. De reden was dat hun eigen historisch verantwoorde gedrag werd afgekeurd, nu zelfs door een woordkeus. Het paste niet in hun misvormde geweten, gebouwd op de leer hunner vaderen. Vervolgens noemen zij Hem psychisch ziek, dat is bezeten van de duivel, zie Mat.12:24, waar staat: “Maar de farizeeën dit gehoord hebbende, zeiden: Deze werpt de duivelen niet uit dan door Beëlzebul, den overste der duivelen.

Deze geschiedenis zagen wij zich herhalen in artikel https://pvw.auteursblog.nl/artikel/17052, d.d.22-5-2023. Is deze weerstand verwonderlijk? Mogen wij ons over deze weerstand verwonderen? Wat leert ons dat over het vrijlaten van een ander, door Christus Zelf? Moeten wij in dat aanwijzen van de weg, geen beeld dragen van Christus, die niets anders dan weerstand kreeg van de historische kerk? Niet het dragen van de weerstand is een beeld van Christus, maar het wijzen van Zijn weg!

In Luk.13:15 komen wij de derde genezing op de sabbat tegen, waar weer een beeld wordt gegeven van Gods, Jezus', gedrag, te weten: “De Heere dan antwoordde hem[de overste der synagoge, zeg maar de voorzitter van de kerkenraad] en zeide: Gij geveinsde, maakt niet een iegelijk van u op den sabbat zijn os of ezel van de kribbe los, en leidt hem heen om te doen drinken?” wat Hij vergelijkt met Zijn eigen werk in Luk.13:16, waar staat:
En deze, die een dochter Abrahams is, welke de satan, zie, nu achttien jaren gebonden had, moest die niet losgemaakt worden van dezen band op den dag des sabbats?

Wordt een os of ezel niet los gemaakt van de kribbe, om hem te doen drinken, zonder dat God het doet? Doet een ieder dat, omdat God dat iedere keer doet?

Het onbijbelse van de opmerking “God moet het doen” is dus nu nogmaals aangetoond!

Maar nu hebben wij ook het effect op de waarschijnlijke oorzaak in Joh.15:5b, waar Jezus zegt: “... ; want zonder Mij kunt gij niets doen.” te bespreken. Gezien ervoor staat: “Ik ben de Wijnstok, en gij de ranken; die in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht;

Daartoe hebben wij eerst vast te stellen dat het woord “kunt” is gebruikt. Dat drukt een mogelijkheid uit. Zonder de mogelijkheden kunnen wij niets. Vervolgens hebben wij vast te stellen dat Hij de Schepper is, Joh.1:10; Kol.1:16, waar staat: “Want door Hem[Christus] zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zienlijk en die onzienlijk zijn, hetzij tronen, hetzij heerschappijen, hetzij overheden, hetzij machten: alle dingen zijn door Hem en tot Hem geschapen;”. En dat wij dagelijks moeten eten, alzo ook de dieren. Dat wij dus een besef hebben dat het noodzakelijke op de sabbat moet geschieden. Dat is een besef hebben van Gods trouw, dat wij elke dag kunnen eten, dat Hij dus die mogelijkheid steeds weer geeft. Van die trouw van God moet de mens dus een beeld dragen: om ook de dieren elke dag de mogelijkheid te geven tot eten en drinken. Maar zonder dat God het eten geeft voor de dieren, kunnen wij het niet door de dieren laten gebruiken.

Ten slotte moeten wij beseffen bij elke mogelijkheid die wij krijgen om “te doen”, dat Jezus die mogelijkheid geeft. Dat Jezus dus altijd dichtbij is, in het geven van die mogelijkheid. Dat wij hem dus in al onze daden kunnen betrekken om Zijn wil te weten, waartoe Salomo preventief opmerkt in Spr.3:6 “Ken Hem in al uw wegen, en Hij zal uw paden recht maken.” Dat het tekenend is als wij Hem niet willen kennen in al onze wegen.

Nogmaals: Dat Jezus ons de mogelijkheid geeft is dus echt wat anders dan dat Hij bepaalt wat wij doen, door het Zelf maar te doen! Ziet u het Bijbelse bezwaar tegen: “God moet het doen.”?

De tekst die eraan vooraf gaat leert ons dat, het in de wijnstok zijn, de mogelijkheden voor de rank beperkt. Dat het dus een advies is om zonder Hem niets te doen, maar geen onmogelijkheid.

Ook zonder Hem kon Judas tot Jezus komen, maar hij is niet in de wijnstok gebleven, zo leert de geschiedenis ons. Was hij uit eigen beweging in de wijnstok gebleven, hij zou niet verloren zijn gegaan. Want hij is er immers niet uitgeworpen volgens Joh.6:37! Judas kon de conclusie trekken dat de Vader hem aan Jezus had gegeven, maar hechtte zelf aan die conclusie geen waarde. Het deed hem in ieder geval niet terugkeren naar Jezus, om vergeving te vragen over zijn zonde, begaan als vriend van Jezus Zelf. Jezus Zelf heeft hem vriend genoemd! Jezus Zelf trok hem daarmee. Maar Jezus heeft voor hem niet gebeden: “Dat zijn geloof niet op zou houden.” Dat sap uit de wijnstok moest die rank missen. Die trouw, zijnde een van de eigenschappen uit kanttekening 6 bij Rom.3:3, waar het gaat over het geloof van God Zelf, heeft Judas nooit ervaren.

Heb.6:4-6 zegt daarover: “Want het is onmogelijk, degenen[de ondankbaren, die zondigen tegen de Heilige Geest] die eens verlicht geweest zijn en de hemelse gave gesmaakt hebben en des Heiligen Geestes deelachtig geworden zijn,

En gesmaakt hebben het goede woord Gods en de krachten der toekomende eeuw,

En afvallig worden, die, zeg ik, wederom te vernieuwen tot bekering, als welke zichzelven den Zone Gods wederom kruisigen en openlijk te schande maken.

Judas was ondankbaar voor de vriendschap die Jezus hem benoemde. Hij heeft die vriendschap te schande gemaakt, door te veronderstellen dat die vriendschap niet echt was, dat de waarschuwing “; het ware hem goed, zo die mens niet geboren ware geweest.” uit Mat.26:24 en Mar.14:21 of “... wee dien mens door welken Hij verraden wordt.” uit Luk.22:22 niet waarschuwend maar beslissend was bedoeld. Helaas voor Judas, heeft Judas daarin gedwaald.

Judas heeft op het laatst echt geen hoop meer gehad, is echt wanhopig geweest. Wat een waarschuwing tegen de wanhoop, raadpleeg het oordeel dan ook van anderen in de realiteit van uw eventuele wanhoop. Ofwel: Wij zagen dat Jezus nabij is, dus ook bij u en de ander die u uw wanhoop deelt. Blijft in de wijnstok, keert weder, Hij werpt u er niet uit, zie Mat.12:32, waar staat: “En zo wie enig woord gesproken zal hebben tegen den Zoon des mensen, het zal hem vergeven worden; maar zo wie tegen den Heiligen Geest zal gesproken hebben, het zal hem niet vergeven worden, noch in deze eeuw, noch in de toekomende.” En ook Judas heeft niet tegen de Heilige Geest gesproken, want Pinksteren moest nog komen, om de Heilige Geest te doen komen!

Nogmaals: Zijn kwade daden dan ook het gevolg van Jezus? Nee, maar wel mogelijk, doordat Jezus dat mogelijk laat zijn, zoals het voor de eerste mensen ook mogelijk is geweest om te vallen. Want zonder proefgebod, had de mens echt niet kunnen vallen, zoals dat is gebeurd. Een mens, die dat beseft, leert van Hem de bede: “Leidt ons niet in verzoeking.”! Als wij in Jezus zijn, dan is daarin geen verzoeking. Maar alles wat daar buiten is? Kent dat geen verzoeking? Ziet u hoe in de Wijnstok de mogelijkheden worden beperkt voor de ranken, die in Hem blijven? Dus de wijnstok bloeit niet, maar de ranken, die de mogelijkheid krijgen van de wijnstok. En bloeien is een soort daad!

d.d. 26-4-2023 werd door de kerkenraad van de OGG aangegeven dat ik moest stoppen met mijn blog, omdat ik geen gezag heb, dat een ambtsdrager toekomt. Inhoudelijk wilde de kerkenraad niet reageren op het Woord van God, hoewel zij instemde dat het Woord van God staat boven de ambten.

Ik moest eerst het ambt van de kerk krijgen, zo beweerde de kerkenraad en dan zouden de mogelijkheden ook nog eens beperkt worden door grenzen. Maar Jezus heeft nooit het ambt ontvangen van de kerk, Han.9:14. Johannes de doper ook niet, want dan zouden zij hem hebben geloofd, maar helaas, zie Mat.21:25, waar staat: “De doop van Johannes, vanwaar was die? Uit den hemel of uit de mensen? En zij overlegden bij zichzelven en zeiden: Indien wij zeggen: Uit den hemel, zo zal Hij[Jezus] ons zeggen: Waarom hebt gij hem dan niet geloofd?”! En het gezag van de kerk werd gebruikt om Gods Woord te muilkorven, in Joh.18:22, waar staat: “En als Hij[Jezus] dit zeide, gaf een van de dienaren die daarbij stond, Jezus een kinnebakslag, zeggende: Antwoordt Gij alzo den hogepriester?”. Het gegeven voorbeeld van de Roomse kerk, is slechts een herhaling, die ook nu laat zien dat dat van alle tijden is. De Roomse kerk wilde ook dat Luther zweeg. Immers Luther had ook geen ambt in de Roomse kerk! Jezus Zelf heeft ook daar Zelf bevestigd, dat Hij het gezag van de kerk niet tegenspreekt. Luther volgde Hem daarin ten allen tijde, jegens de Roomse kerk, maar bleef zelf bij Gods Woord.

Ik moest mij maar bezig houden met het stikstofprobleem. Ik zou daaraan moeten gaan meewerken voor een oplossing. De oplossing, die daarvoor is, mag ik niet publiceren, omdat de mensen dan helemaal geen indruk meer hebben, wie God is en wat Goddelijk is. Dit bezwaar zou zijn weggenomen wanneer de kerk onderwijs heeft gegeven hoe God werkt in het vaccineren, om daarmee aan de hele wereld te tonen, wat het is: dat Hij preventief werkt, door een Borg beschikbaar te hebben, voor de mensen die hebben kunnen vallen, en last krijgen van hun keus, doordat zij God weer gaan zoeken in Zijn eigenschappen en werkwijzen, begerende om daar weer een beeld van te worden.
Dan is het verantwoord dat Gods beeld ook Gods werk overneemt, dat wij tot nog toe niet lijken te kunnen, ook al mist de mens daardoor dan een gezicht op Gods superioriteit boven de (gevallen) mens. Dan heeft de (natuurlijke) mens namelijk een verhevener inzicht over God en Zijn werk, dan alleen in de natuur.

Dat ik regelmatig iets heb laten merken van mijn inzicht in genoemde oplossing, heeft geleid tot wonderlijk gedrag, dat niet is begrepen, waardoor ik medicijnen moe(s)t slikken, zo beweert men, die zegt dat ik psychisch ziek ben. En dat is gebruikt om niet inhoudelijk te reageren op Gods Woord, maar om te mogen exploderen. Dat dat invloed heeft op mijn levensverwachting wordt zelfs normaal gevonden. Artsen denken daar toch anders over. Daarom hebben zij een medicijn­switch aangeboden, die uiteraard niet ingaat op het feit dat ik dat alles moet doen voor mijn medemensen, die mij niet begrijpen. Ziet u dat, ook nu?

Het stikstofprobleem is er omdat de mens God heeft verlaten, want in Jes.65:24 lezen wij: “En het zal geschieden, eer zij roepen, zo zal Ik antwoorden; terwijl zij nog spreken, zo zal Ik horen.” En dat is niet gebeurd, omdat er geen roepen tot God is. En die roepen krijgen geen antwoord, omdat met name de kerk weigert om het Evangelie te prediken aan de hand van Zijn middel in Gods voorzienigheid, wereldwijd, te weten het vaccin, zagen wij!
Dat middel spreekt van Gods preventie, en dan explodeerde de voorzitter van de kerkenraad, zie artikel https://pvw.auteursblog.nl/artikel/17052, d.d.22-5-2023. Maar het antwoord op het stikstofprobleem had ik 15 jaar geleden al, gevoelende het gewicht van Gods grootheid, die door zo'n oplossing op het spel zou komen te staan, in de beleving van mensen.

1Kon.13:18 leert dat er liegende ambtsdragers zijn, die geen dienstknecht van God kunnen zijn. Want God bedient Zich niet van leugens! Dus heeft Hij ook niet zulke dienstknechten in dienst. Zij kunnen wel wéér door Hem gebruikt worden, wanneer zij niet liegen.

Voorbeelden van zulke leugens zijn:

*Dat een mens in Gods Naam kan sterven, wanneer daarbij Gods werkwijze wordt afgewezen.

*Dat Daniël het middel tot de afgodenverering heeft verworpen. Want hij bleef Nebukadnézar eren als koning, hoewel die het middel was om een te aanbidden beeld voor zich te maken.

*Dat God de bedoeling had om Dagon te laten vallen, want juist de plaats van de val bleef de filistijnen herinneren aan wat God heeft gedaan.

*Dat het God was te doen om de overwinning op Dagon, want God is niet vergelijkbaar. Wanneer ds. Kersten op 23 december 1927 getuigt in de Tweede Kamer: “Het beeld van Dagon is gevallen”, mist hij dus doel! Die eer blijkt nu Goddeloos te zijn, omdat het Gods werkwijze blijkt te bestrijden.

*Dat de Bijbel bedoelt dat gezonde mensen de medicijnmeester af moeten wijzen, want dat doen alleen de Farizeeërs! Die opmerking was alleen voor hen bedoeld. Zoek maar naar het woord “hen” in die teksten.

Het gebruiken van leugens is een vorm van verkeerde voorlichting, in het verleden, in het heden en in de toekomst. Daarin volharden is God tergen. In Num.14:11 staat: “En de HEERE zeide tot Mozes: Hoe lang zal Mij dat volk tergen? En hoe lang zullen zij aan Mij niet geloven door alle tekenen die Ik in het midden van hen gedaan heb?” Of is het geen teken dat God mensen dood, die sterven, alleen omdat zij menen in Zijn Naam te handelen.

Dat het de bedoeling is om afstand te krijgen tussen de gemeente en Gods Woord, is ongehoord. Daarom leest u niets anders dan Gods Woord, in blog en mails.

Spr.3:6 “Ken Hem in al uw wegen, en Hij zal uw paden recht maken.” Wil niet zeggen dat Hij de paden recht maakt door ons zelf. Het zoekende zijn, vindt een teamgeest, wanneer anderen mee zoeken. Maar dan wordt wel inhoudelijk gesproken en niet binnensmonds gemompeld, of effectief gezwegen, zie Jes.8:20, waar staat: “Tot de Wet en tot de Getuigenis; zo zij niet spreken naar dit Woord, het zal zijn dat zij geen dageraad zullen hebben.
Er is dan een besef dat men God vraagt over de inhoud en niet over gezagsverhoudingen. De gezagsverhouding in Num.12:2 gaat dan ook over de inhoud die Mozes ontvangt en uit. En die spraak van God kan niet strijden met Gods Woord! Die spraak kan geen leugens bevatten, zoals is opgemerkt. Die zaak is niet door gezichten en dromen duidelijk, maar door Gods Eigen geschreven Woord, dat voor een ieder beschikbare taal is.

Luther heeft zichzelf nooit hervormer genoemd!
Veronderstellen dat ik dat dan wel zou doen is ook niet op zijn plaats.

Gods beeld gebruikt ook Zijn taal. En dat geldt in de volmaaktste zin van Jezus, dat is Het beeld van God in De Mens. Die spreekt Zelf ook, zo zagen wij! En God hoort het, waar Hij Zelf spreekt, vergelijk Num.12:2. Dit als terugkoppeling op de titel.

d.d. 30-4-2023 wordt er een preek gelezen van ds. G.H. Kersten over Jes.26:8b, waar staat: “Wij hebben ook in den weg Uwer gerichten U, o HEERE, verwacht; tot Uw Naam en tot Uw gedachtenis is de
begeerte onzer ziel.
”.

Hoe kan er gedachtenis tot Gods Naam zijn, als Zijn werkwijze wordt verworpen? Begeerde de kerk Hem als ambtsdrager in Han.9:14, waar staat: “En hij[Saulus, die een Paulus is geworden] heeft hier macht van de overpriesters, om te binden allen die Uw Naam aanroepen.[Dat is, U aanbidden, en vervolgens in U geloven, Rom. 10:14.] ” En dat was gezien Zijn werkwijze!

Zijn eerlijk getuigenis van Zijn Goddelijkheid, Zijn Zoonschap, was verworpen. Dat is de verwerping van Zijn Naam, Zijn gedachtenis.
Dat alles is niet begeerd! Zo wankelt de ark, en zo is Uzza gekomen tot het tegenhouden van de vallende ark. Toen is hij door God gedood, waar David kwaad om werd omdat hij aan God gedacht. Maar Gods Woord beschrijft dan de onbedachtzaamheid van Uzza! En die beschrijving wordt in deze tijd gemist omdat Gods preventieve werkwijze niet wordt beschreven, noch voor de gerichten, door ds. Kersten, noch in de gerichten, noch na de gerichten. Dus hoe durft de kerk nu zonder belijdenis van hun geschetste valse voorlichting, te beweren dat wij ook in de weg Uwer gerichten U, o HEERE, verwacht hebben? Immers is er een andere HEERE beleden, dan de preventief werkende HEERE uit Jes.54:10! En de laatst genoemde is de echte HEERE! Zonder Gods preventie, kan er niet worden gezongen van een trouwverbond, kan Jezus niet zeggen: “Het is volbracht!”, is er geen verwachting bij de Heere in de gerichten, dan de eeuwige verdoemenis.
En dan zo'n werkwijze afwijzen in de natuur, met uw voorlichting. Het is vals getuigen van God! En dat zou een gedachtenis zijn van Zijn Naam. Het is spotten met Zijn Naam, een tarten van God(s preventie).

Er wordt gedaan als de liegende ambtsdrager uit 1Kon.13:18, geen belijdenis van de schuld aan de dood van de verleide man, maar eer geven aan die misleide man, dat hij God heeft gediend en daarbij begraven willen worden. Maar dat die misleide man Gods Woord heeft gebracht was niet eens in het geding.

Nogmaals: Er bestaat helemaal geen genade, zolang de preventie het essentiële probleem blijft in dit soort gerichten. Er blijft dan alleen maar een algehele verwoesting over, als je bij dit standpunt van de kerk blijft. Het gedenken van Gods Naam verandert er niet door in deze jubileum dienst. Na het eerste gericht tegen Korach, Datan en Abiram, stond hetzelfde gevaar voor de deur bij hun volgelingen in het volgende gericht: De dood in het gericht. Gods doden zullen dan ook niet leven volgens Jes.26:19, waar staat: “Uw doden zullen leven, ook mijn dood lichaam, zij zullen opstaan; waakt op en juicht, gij die in het stof woont, want Uw dauw zal zijn als een dauw der moeskruiden, en het land zal de overledenen uitwerpen.” Omdat dit zonder Gods preventie ijdele woorden zijn.

Jes.26:21 luidt: “Want zie, de HEERE zal uit Zijn plaats uitgaan om de ongerechtigheid van de inwoners der aarde over hen te bezoeken; en de aarde zal haar bloed ontdekken en zal haar [door bovenstaand bedrog] doodgeslagenen niet langer bedekt houden.” Het toegevoegde is nu als toepassing toegevoegd.

Dit is de onderwijzing van Hem, Ps.25:4 berijmd, maar deze preek is uit dat verband gerukt. Het verband met de jubilerende wereld was belangrijker.

Als er wordt gesproken over de beeldendienst, hebben wij nu wel te zien het beeld bij hen, die worden gerekend tot de meest principiële kerkleden, dat wij van doen zouden hebben met een God die niet preventief werkt, zodanig dat deze werkwijze van God niet eens genoemd (mag) word(t/en). Wat voor een jubileum herdenking is dit?

's Avonds wordt Zondag 18 behandeld uit de Catechismus van ds. J. Roos, maar de kracht van de Heilige Geest is niet aanwezig omdat de preventie, die in de hemel heeft plaatsgevonden, niet wordt gezocht, maar wat op aarde is: Het voeren uit de boze netten, die men ziet in preventieve middelen. Nu, eind april, nog steeds 70 mensen per dag worden opgenomen in de klinieken, vanwege de corona.

Je zult maar een kwetsbare zijn en verleid om vaccins af te wijzen zonder medische redenen, dus risico's nemen op de verantwoording van de verleiders. En wat een verantwoording voor die verleiders! Dus niet herinnerd aan Gods preventie, voor Zijn Volk, Zijn uitverkorenen. Wat een hemelse zaak wordt er verworpen, wat een verantwoording. De (geestelijke) nood van de gemeente wordt niet gevoeld. Er wordt wel gebeden: “Laat u met God verzoenen”, maar dat geldt kennelijk niet voor Zijn preventie. Het geloof dat de hemelvaart van Christus niet verklaarbaar is, beperkt Gods gave, Gods geloof, dat God Zelf schenkt aan mensen, die het dan kunnen verklaren uit dat geloof! Zou er namelijk iets zijn dat God(s geloof) niet kan verklaren? De eigenschap van dat geloof in de mens, leidt tot pogingen om het uit te leggen aan de medemens, gunnende hun gemeenschap daarin.

Als Christus een ring geeft van Zijn verbondstrouw, doet Hij dat niet ontaard van de preventieve grondslag, te weten: om de uitverkiezing zeker te stellen.

In zojuist genoemd gesprek met de kerkenraad van de OGG werd gezegd dat ik verkeerd ben voorgelicht door een oud-ambtsdrager van de GGinNed, die zei dat ik in een podcast op moest treden met ds. J. Roos, als gevolg van mijn uitleg waarom (juist) Gods kerk moet vaccineren. Daarop antwoordt de voorzienigheid als volgt: 20230430-180104 +01:31:17 “Toon ook op aarde deze liefde in uw gezin, in de maatschappij en in de kerk. Is er boven nog meer te vinden? Ja, zaligheid, heerlijkheid en heiligheid.” +01:31:33 Immers is het Gods liefde dat Hij van Zijn preventie ook op aarde een schaduw geeft om Gods beeld te kunnen dragen in ons gedrag. Hij heeft geen lust in de dood des stervenden, volgens Eze.18:32, waar staat: “Want Ik heb geen lust aan den dood des stervenden, spreekt de Heere HEERE; daarom, bekeert u en leeft.”.
In die bekering moet ook gevaccineerd worden, zo is gebleken uit de genoemde motivatie op grond van de Bijbel. Dus praktisch: ook de natuur voorspelt de Bijbelse uitkomst: “en leeft”! Want vaccineren heeft nut, leert de wetenschap!


Twitter Facebook LinkedIn Volgen



Slaat de gelijkenis van de 10 maagden op vaccineren? Een afgod? Voorzienigheid?

“Weg met Hem” in de lijdenstijd herkend, gekoppeld aan de hemellichtenstand

Vooruitlopen: Een adventstekst in de lijdenstijd en de drie-eenheid

Al mijn gezondheid heb ik gekregen van de HEERE maar Zijn zwaard is ontwaakt

Lijdensweek 1: Vooruitlopen op lijden om genade te verdienen, niet voor engelen